10 Gouden Mediatips uit de mediatraining

Mediatips: essentiële do’s & dont’s

Zorg goed voor jezelf en je organisatie.

Bereid je met deze mediatips goed voor op een interview.

Mediatraining locatie camera
  1. Onderzoek – ken je interviewer en de stijl van diens mediaplatform
  2. Nooit het diepe in – ken de vragen waarmee je te maken krijgt, al geef je als deskundige ‘slechts’ een reactie of uitleg
  3. Resultaatgericht – zet een denkbeeldige stip aan de horizon: wat moet jouw kop van het interview zijn?
  4. Kernboodschappen – weet wat JIJ wilt overbrengen in het interview
  5. Frame – met welke voorbeelden geef je betekenis aan je antwoord en bewijs je wat je zegt?
  6. Feiten – wees gewapend met cijfers en andere bewijzen om je argument te ondersteunen
  7. Slimme antwoorden – reageer op de vraag zonder de woorden erin te herhalen en geef het antwoord dat JIJ wilt geven
  8. ‘Geen commentaar’ – zeg dit nooit. Erken de vraag of situatie en zeg wanneer je WEL kunt/wilt reageren
  9. Camera-etiquette – denk aan een glimlach, kijk naar je interviewer, voeten (kunnen) vegen
  10. Dress to impress – de juiste kleur en stijl voor de juiste gelegenheid

Natuurlijk zijn er nog veel meer mediatips en adviezen. Maar als je deze 10 mediatips ter harte neemt kom je in ieder geval goed beslagen ten ijs.

Oefenen met deze tips in combinatie met maatwerkadviezen? Volg dan snel een Mediatraining Pro maatwerktraining voor professionals.

Veel succes met je volgende media-optreden!

Een interview voorbereiden

Hoe ga ik om met een interviewverzoek?

3 essentiële tips

interview staand
  1. Moet ik een interview geven?

Hoe belangrijk media aandacht ook kan zijn, niet alle interviewverzoeken zijn je inspanningen waard of het juiste om op dat moment te doen.

Bij onverwachte negatieve publiciteit is een schriftelijke verklaring om mee te beginnen meestal beter. In ieder geval beter dan direct voor een camera of aan de telefoon te reageren op allerlei vragen en beweringen. In het algemeen geldt dat als je bij calamiteiten onvoorbereid een interview geeft je het risico loopt een slechte situatie te verergeren. Onder druk en zonder goede voorbereiding zou je iets kunnen zeggen waarvan je later spijt krijgt. Bovendien kun je onbedoeld nieuwe brandstof aan de crisis geven.

In sommige crisiscommunicatie scenario’s kan een schriftelijke verklaring zelfs de beste manier van handelen zijn als je een opvallende kop boven het artikel wilt vermijden.

  1. Onderzoek je interviewer

Laten we dus aannemen dat het interviewverzoek een positieve kans is voor jou en je organisatie.

Dan is het allereerst zaak te weten wie jou interviewt, waarom en hoe. En waar het interview toe moet leiden. Een éénkolommertje op de voorpagina? Een achtergrondartikel? Komt er een fotograaf mee? Kennen we de stijl van deze journalist? En vergelijkbare vragen voor radio-, televisie, of online media.

Je kunt de journalist vragen om vooraf een lijst met de vragen te sturen. Sommigen zullen dit doen, maar de meeste (vooral de grotere media) zullen dit niet doen. Bovendien heb je bij radio en tv vooraf vaak een redacteur aan de lijn. En verschijnt er uiteindelijk iemand anders bij je aan de deur of aan tafel in de studio.

  1. Bedenk vooraf wat voor jou de krantenkop zou moeten zijn

Je weet nu waarom de journalist je wil interviewen en wat je ongeveer kunt verwachten. Bedenk nu allereerst wat het punt is dat jij zou willen maken.

Vat dit samen in een ‘headline’: een pakkende zin. Nu weet jij waar jij heen wilt. Maak nu een lijst van alle waarschijnlijke vragen die zullen worden gesteld, zodat je wat antwoorden kunt voorbereiden. Antwoorden die passen bij jouw agenda, jouw stip aan de horizon. Dat maakt het voor jou veel makkelijker om de regie over het gesprek te pakken en vast te houden. Let op: je schrijft hier geen script – niemand wil robotische antwoorden horen – maar je bedenkt vooraf de belangrijkste punten die je wilt behandelen.

Met Mediatraining Pro werk je aan de hand deze drie essentiële punten aan de voorbereiding van je interview. Waarna we dit samen toetsen in praktijkoefeningen. Om uiteindelijk met je kernboodschappen de confrontatie met camera, microfoon en een scherpe vragensteller aan te gaan.

Wees goed voorbereid en pluk de vruchten!

Tips voor effectief stemgebruik

Gebruik je stem effectief. Met een goed stemgebruik voorkom je stemproblemen en zorg je er tegelijkertijd voor dat je goed wordt begrepen tijdens een presentatie.

De manier waarop je spreekt, hoe luid en je intonatie kunnen je presentatie maken… en breken.

Stemgebruik? Blijf V.I.T.

Kort samengevat: blijf V.I.T.

let op je Volume

let op je Intonatie

let op je Tempo

Blijf V.I.T.

Volume: spreek altijd iets luider dan je normaal gesproken doet, ook als je een microfoon gebruikt. Intonatie: leg de nadruk op de juiste woorden. Tempo: pauzeer telkens een seconde na een kernzin en/of een kernalinea, zeker als jij van nature een snelle prater bent. Als je dit voor ogen houdt komt het ook met de rest van je stemgebruik vanzelf goed.

Waarom op je volume letten?

Verveeld publiek met smartphone

Hoe zou jij je voelen als je in het publiek naar een toespraak zit te luisteren en de spreker de hele tijd tegen je aan het schreeuwen is? Dit zou erg onaangenaam zijn en misschien zelfs agressief bij je overkomen. Of wat als de spreker zo aan het mompelen is dat je nauwelijks kunt horen wat wordt gezegd? Dan ben je vast geneigd om op je smartphone te kijken, in afwachting van een interessantere spreker.

Mag ik dan nooit iets roepen of fluisteren?
Natuurlijk wel! Het is goed om je stem op verschillende momenten tijdens je presentatie te verheffen en te verzachten om de aandacht te vestigen op bepaalde woorden of zinsdelen. Je kunt bijvoorbeeld je stem verheffen om nadruk op een woord of zin te leggen, of je kunt iets op een vertrouwelijke manier zacht zeggen om een ​​punt te maken. Wissel het volume dus af.

Wat betekent intonatie?

Simpel gezegd, intonatie betekent hoe je iets zegt. En hóe je iets zegt is net zo belangrijk als wát je zegt. Met een goede intonatie breng je emotie over. Net als in een gewoon gesprek: of zeg jij elke zin, elk woord en elke lettergreep op dezelfde manier? Met hetzelfde volume? Of door op elk woord dezelfde nadruk te leggen? Tip: oefen vooraf je toespraak zoals je iets aan een vriend zou uitleggen. Wat geldt voor je stemgebruik geldt ook voor je woordgebruik: zeg wat je bedoelt vanuit de kennis en het perspectief van de ander.

Hoe voorkom ik dat ik te snel spreek?
Zet voorafgaand en na een kernzin of kernalinea een horizontale streep in de tekst. De streep betekent: sluit je mond, haal adem en ga verder. Zo haal je er direct al veel snelheid uit. Bovendien helpt dit jouw toehoorders om tussentijds ook even adem te halen, te verwerken wat je zojuist vertelde en open te staan voor nieuwe informatie. Bovendien ben je op die manier veel duidelijker, want je benadrukt zodoende vanzelf de kernwoorden.

Een korte oefening.

Lees deze zeven zinnen één voor één hardop voor. Leg in de eerste zin de nadruk op het eerste woord, in de tweede zin op het tweede woord, enzovoorts. Sla (dat) daarbij natuurlijk als nadrukwoord over.

“Ik wil (dat) jij mijn moeder goed verzorgt”
“Ik wil (dat) jij mijn moeder goed verzorgt”
“Ik wil (dat) jij mijn moeder goed verzorgt”
“Ik wil (dat) jij mijn moeder goed verzorgt”
“Ik wil (dat) jij mijn moeder goed verzorgt”
“Ik wil (dat) jij mijn moeder goed verzorgt”
“Ik wil (dat) jij mijn moeder goed verzorgt”

Zeven zinnen die hetzelfde zeggen. Maar elke zin heeft een nét iets andere betekenis. Hiermee hebben we overigens het vaakst voorkomende ‘bedrijfongevalletje’ in mondelinge communicatie te pakken.

Ik realiseer me dat je geneigd bent om snel te spreken als je veel kennis hebt van of enthousiast bent over een bepaald onderwerp. Of, als je hetzelfde verhaal voor de zoveelste keer vertelt, wat docenten en trainers zoals ik nogal eens gebeurt. Maar als je feiten, meningen en gevoelens effectief met je publiek wilt delen, moet je leren vertragen!

Durf af en toe even te stoppen

Pauzeer zo nu en dan, haal samen met je publiek even adem. Sluit daarna je mond, kijk je publiek even aan en vervolg je presentatie.

Bijvoorbeeld:

  • om van onderwerp te wisselen, zinnen te wijzigen of een alinea te beëindigen,
  • om opvulwoorden zoals “uh” en “um” te voorkomen,
  • om een ​​woord of zin te benadrukken,
  • om even in je speakernotes te kijken,
  • om een ​​hypothetische vraag te stellen,
  • om een antwoord bedenken op een vraag van een toehoorder.

Bovendien, een kernzin (en in ieder geval een kernboodschap) eindigt altijd met een duidelijk hoorbare punt. Waarbij je de zin naar het einde toe dus omláág intoneert. En niet omhóóg, als naar een komma (!). Als je géén duidelijke punt achter de zin zet, máák je ook geen punt.

Hoe zorg je voor je stem?

powerpoint of geen powerpoint?

De noodzaak van het verzorgen van je stem is niet alleen beperkt tot zangers. Verkeerd gebruik van je stem kan immers in meer extreme gevallen leiden tot laryngitis of zelfs stemknobbeltjes. Voorkom stemproblemen met deze instructies:

Vermijd overmatig juichen of schreeuwen

Beide kunnen ernstige schade aan de stem veroorzaken. Niet meer doen: regelmatig luid juichen bij de plaatselijke voetbalwedstrijd, of meeschreeuwen met de rest van het publiek tijdens een concert.

Vermijd fluisteren of je keel schrapen

Vermijd zoveel mogelijk fluisteren of je keel schrapen. Het klinkt misschien gek, maar van fluisteren en schrapen ‘slijten’ je stembanden.

Wat te doen als ik mijn stem verkeerd heb gebruikt?

Laat je stem een tijdje rusten! Dat betekent dat je een bepaalde tijd niet praat om je stem te laten verjongen. Je kunt ervoor kiezen om dit de rest van de dag te doen, een hele dag of zelfs langer.

stemproblemen - hoesten

Als je keelpijn hebt of als je veel moet hoesten, vermijd dan overmatig gebruik van je stem gedurende die tijd. En als het mogelijk is, probeer dan geen grote presentaties te geven als je verkouden bent. Drink iets met honing erin. Dit helpt om je keel en daarmee ook je stembanden te ontspannen.

Vermijd roken

Stoppen met roken is altijd het beste, maar als je een roker bent die niet kan stoppen, rook dan in ieder geval niet vlak voor of na een presentatie.

Geen koffie, melk, bier of zoete drankjes voor je toespraak

Beperk cafeïne en zoete dranken voor je toespraak. Ze maken je mond droog en dat praat moeilijk. Bier en melk bevatten een eiwit dat zorgt voor een laagje slijm op de tong. En je wilt niet klinken als iemand met een los kunstgebit 😉 .

Een persoonlijke tip tot slot: water is prima om vooraf de keel te smeren, maar… drink geen water direct voordat je het woord neemt! Doe je dat wel, ‘dan loopt je het water in de mond’ en klink je een beetje slordig. Toch gedaan? Sluit daarna je mond, slik het slokje water bewust weg en neem het woord met de mond echt helemaal leeg. Bovendien kun je dat moment meteen goed gebruiken om even je toehoorders aan te kijken.

Want als je mijn presentatietraining hebt gevolgd weet je immers: een goede presentatie begint (en eindigt) altijd met het maken van contact.

Hoe organiseer je een succesvolle persconferentie?

Persconferentie binnenkomen journalisten

Een persconferentie is een manier om gestructureerd en met optimale regie van jouw kant nieuws aan te kondigen, een officiële mededeling te doen, of te reageren op een actuele gebeurtenis dat jouw bedrijf, dienst of instelling raakt.

Hier zijn enkele tips voor het succesvol organiseren van een persconferentie.

Benoem een moderator

De moderator is verantwoordelijk voor het bijeenroepen van de persconferentie en de introductie van het onderwerp. De moderator van de persconferentie is verder de dirigent van de bijeenkomst. Degene die de spreker(s) introduceert en de vragen (en antwoorden) toewijst. Als er een introductie nodig is, of korte context moet worden gegeven, wordt dit door de moderator gedaan, waarna deze het woord geeft aan de verantwoordelijke voor het onderwerp.

Het gewenste resultaat voorop

Bepaal de beginzin van de eerste spreker (nadat de moderator de bijeenkomst opende). Dit moet de centrale kernboodschap zijn die nauw aansluit bij het gewenste resultaat van de persconferentie.

Werk met puntsgewijze kernboodschappen

Weet wat je wilt zeggen, waarom het gezegd moet worden en hoe je het gaat zeggen. Neem de tijd om dit met elkaar goed voor te bereiden. Wat de boodschap ook is, deze moet worden samengevat in duidelijke 3 tot 5 kernpunten voor de pers. Als een datum, een tijd, een adres of telefoonnummer of andere specifieke informatie deel uitmaakt van het bericht – als het doel van de persconferentie bijvoorbeeld is om een ​​aanstaande gebeurtenis aan te kondigen – geef het dan meer dan één keer door. Dubbel- of driedubbelcheck feitelijke informatie om er zeker van te zijn dat je het goed hebt, zowel in spraak als in de gedrukte vorm van de persmap of handout.

Wat is de beste locatie voor de persconferentie?

Een ruimte met voldoende stopcontacten voor laptops, tv-camera’s en verlichting. Het moet een rustige locatie zijn waar niet veel verkeer van buiten de locatie of geluid van binnen het gebouw is. Waar je de persconferentie ook houdt, deze moet voldoende parkeergelegenheid hebben en niet te ver weg zijn voor de media om naartoe te reizen.

Wat is het beste moment voor een persconferentie?

Dinsdagen, woensdagen en donderdagen zijn de beste dagen voor persconferenties, omdat ze als langzamere nieuwsdagen worden beschouwd. Probeer indien mogelijk de persconferentie op één van deze dagen te houden. De beste tijd om een persconferentie te plannen is tussen 10.00 uur en 11.00 uur, om een ​​maximale berichtgeving door de media te garanderen.

Wie voor de persconferentie uitnodigen?

Maak een lijst met media die je wilt uitnodigen. Kies een paar mensen uit elke organisatie en nodig ze uit via een persbericht per e-mail. Beter nog: stuur een persoonlijke e-mail of bel. Dit is noodzakelijk om bij elk televisie- of radiostation, tijdschrift of krant (virtueel of standaard) ten minste een paar mensen te bereiken. Aan de andere kant: je concurreert met al het andere nieuws van de dag; dus maak je geen zorgen als niet iedereen komt opdagen.

Deurbeleid

Stel een persoon aan om de inloggegevens en/of perskaarten aan de deur te controleren. Maak een aanwezigheidslijst waar de journalisten hun naam en media-outlet kunnen noteren. Dit kan natuurlijk ook een virtuele aanmelding zijn via een tablet o.i.d..

Zaalindeling

Zorg ervoor dat er voldoende stoelen zijn die uitkijken op de hoofdtafel of de katheder. Hou vooraan ruimte vrij voor televisie- of vlogcamera’s. Hou de persconferentie niet in een grote zaal, tenzij je massieve persaandacht verwacht. Anders lijkt het al snel alsof er heel weinig persaandacht is. Reken vooraf op gemiddeld maximaal 20 journalisten en wees blij als er uiteindelijk 10 komen.

Maak een persmap

Een persmap is een map, USB stick, of downloadlocatie met achtergrondinformatie over het behandelde onderwerp.

De persmap moet het volgende bevatten:
  • Een persbericht waarin het standpunt van het bedrijf, de instelling, politieke fractie, e.d. kort wordt beschreven.
  • De belangrijkste punten uit de persconferentie, het liefst met enkele citaten van de spreker(s).
  • Achtergrondinformatie over het onderwerp (bijvoorbeeld statistieken, historische achtergrond, casuïstiek, kopieën van nieuwsberichten, etc.).
  • Een paar foto’s (actiefoto’s zijn het meest interessant).
  • Korte biografieën van de spreker(s). Een kwart pagina per persoon is zat.
  • NAW gegevens van de woordvoerder, of afdeling pr/communicatie.

Wat is het verschil tussen een training en een workshop?

Maatwerk, dat geldt voor al onze trainingen en workshops. Het verschil zit ‘m in de praktische uitvoering.

Presentatietraining en mediatraining maatwerk per persoon

Per deelnemer: maatwerk training

Veel oefenen, terugkijken en snel opnieuw oefenen: ervaringsgericht leren. Deze nauwkeurige aanpak vergt trainingstijd per persoon.

Boek een individuele training, of in een groepje van maximaal vier collega’s. Zo ben je in de training telkens na analyse en feedback snel weer aan de beurt om je te revancheren 😉 .

Mediatraining grotere groep op locatie

Per groep: maatwerk workshop

Is het belangrijk om als grotere groep met z’n allen aan de slag te gaan? Met presentatievaardigheden, pitchen, of omgaan met de media? Een actieve teamdag, dat kan bij Mediatraining Pro natuurlijk ook.

Neem contact op voor een maatwerk workshop op een locatie naar keuze.


Maatwerk per trainingsvraag

Al bij het eerste contact merk je dat onze maatwerk aanpak gericht is op zowel de organisatiedoelen als de persoonlijke ontwikkelpunten per deelnemer. Verder kenmerken onze maatwerk trainingen zich door een grote mate van inhoudelijkheid en praktijkgerichtheid.

Dit heeft consequenties voor de voorbereiding en de uitvoering van onze mediatrainingen en presentatietrainingen.

Daarom bereiden we elke training in nauw overleg met de contactpersoon namens het bedrijf of de instelling voor.

Maatwerk tijdens de voorbereiding

In een intakegesprek bepalen we samen de te behandelen casuïstiek en de te oefenen soorten mediaconfrontaties. Verder bespreken we ervaring, sterke en zwakke kanten en de beoogde inzet van de deelnemers. Iedereen krijgt vervolgens een persoonlijk vragenformulier over leerdoelen en te oefenen onderwerpen.

Overigens doet de trainer ook eigen research, net als in het echt. En verrast de trainer met name in de mediatraining de deelnemers ook met onverwachte onderwerpen en vragen. Opnieuw: net als in het echt.

Maatwerk mediatraining op kantoor

Maatwerk per trainingsdag

Een andere consequentie van onze maatwerkaanpak is dat wij in kleine groepjes trainen. Bij ons gaat het om veel oefenen en terugkijken: ervaringsgericht leren. Deze nauwkeurige aanpak vergt trainingstijd.

Om elke deelnemer de aandacht en de tijd te gunnen die hij of zij nodig heeft trainen wij in groepjes van maximaal vier personen. Zo is iedere deelnemer na analyse en feedback snel weer aan de beurt om opnieuw te oefenen. En legt hij of zij in één mediatraining van een dag of een dagdeel een solide basis voor media optredens of presentaties.


Informatie en boeking

Mail ons als je meer informatie wilt hebben en we bellen je snel terug: info@mediatrainingpro.nl

Social Media: tips voor zakelijk gebruik

Een social media ​​account registreren en een LinkedIn, Facebook- of Instagrampagina maken is gemakkelijk. Ook is het simpel om te beginnen met posten. Maar dat betekent niet dat het gemakkelijk is om sociale media ook effectief te gebruiken. Om te profiteren van de kracht van sociale media en je bezoekers te bereiken en te motiveren, moet je strategisch denken en doen. Hier zijn enkele belangrijke tips:

<h1>Social Media: tips voor zakelijk gebruik</h1>

Plan en verbind

Maak duidelijke doelen en doelstellingen en neem direct maatregelen om de effectiviteit van je communicatie te checken en de voortgang bij te houden. Verbind je social media doelen met je organisatiedoelen. Bijvoorbeeld: hoop je de opkomst bij evenementen te vergroten? Gebruik Facebook en Twitter om spanning op te bouwen voor je evenement en de betrokkenheid van je doelgroep tussen evenementen te behouden. Wil je de fondsenwerving vergroten? Deel echte verhalen via video’s op YouTube of Vimeo om potentiële donateurs te boeien en te laten zien wat er met het gedoneerde geld gebeurt.

Praat met 1 bezoeker (tegelijk)

Wil je effect? Hou het dan klein: de menselijke maat is 1-op-1. Het is hard, maar een plaatje van één zielige kleuter met een concrete vraag aan de kijker heeft 100% meer impact dan een dijk van een verhaal over een hele groep zielige kinderen. Zet niet je eigen drijfveren centraal, maar je publiek en je onderwerp.

Weet waar je publiek is op social media

Platformvoorkeuren zijn relatief consistent tussen generaties. Facebook is het populairste platform voor het delen van inhoud tussen 40+’ers, Instagram voor 20-40, TikTok voor de leeftijd daaronder en YouTube is voor alle leeftijdsgroepen het op één na populairste sociale medium. Hoe laat post je? De meeste mensen consumeren inhoud tussen 12.30 en 13.30 uur, plus 20.00 en 0.00 uur. Babyboomers zijn echter vaker ’s ochtends online en millennials blijven laat op. Zoek informatie op over hoe je de gewenste doelgroep kunt bereiken voordat je iets plaatst.

Social Media training Instagram

Wees zelf ook ‘social’

Onthoud dat sociale media sociaal zijn. Creëer een interactieve online aanwezigheid. Betrek je collega’s, andere medewerkers en raad van bestuur. Waarschijnlijk willen ze graag foto’s en video’s over de organisatie delen met vrienden, collega’s en familie. Daarna zal je netwerk groeien als je actief en betrokken blijft. Stel vragen, doe wat met de antwoorden. Deel nieuwsverhalen en draag zelf ook regelmatig wat bij met een leuk feit of goede tip.

Besteed tijd aan je sociale media

Personeelstijd is de grootste kostenpost van sociale media, maar het is cruciaal voor succes. Houd er rekening mee dat sociale media voor veel mensen in je organisatie iets heel gewoons is. Maak gebruik van jonge collega’s en bijvoorbeeld stagiaires die online vaardig zijn. Koppel ze aan senior medewerkers die niet zitten te springen om actief te zijn op social media, maar als deskundige of verantwoordelijke wel de stem van je organisatie zijn. Als meer dan één persoon blogt of tweet, wordt je organisatie naar buiten toe dynamischer en transparanter.

Experimenteer

Evalueer en pas je social media strategie voortdurend aan totdat je hebt gezien wat werkt. Er zijn applicaties waarmee je clicks, shares en likes kunt volgen, bijvoorbeeld voor Instagram. Daarmee je kunt zien hoe mensen online met je berichten omgaan. Gebruik tools zoals Facebook Insights om je te helpen met deze statistieken. Raak niet ontmoedigd als je niet meteen duizenden volgers hebt – het creëren van een sterke positie op sociale media kost tijd.

Hou je sociale media actueel.

Wanneer was je laatste tweet? Ergens in maart 2020..? Weg met dat account! Delete het, pauzeer het, of zet de instellingen op ‘private’. Een openbaar Twitter account zonder recente tweets of shares is killing voor je imago. Blijf dus relevant, hou je info actueel en verras je bezoekers. Dan zal je uiteindelijk gegarandeerd resultaten zien.

Dit zijn wat mij betreft de belangrijkste basistips als je met social media aan de slag wilt in een zakelijke context. Heb jij nog andere handige social media tips? Vragen over de plek van social media in onze mediatraining en presentatietraining? Wil je suggesties geven voor toekomstige blogonderwerpen? Laat het me weten via een LinkedIn bericht, of een contactbericht op deze site!

Het persbericht: informeren, positioneren en verleiden

Do’s en Dont’s

  1. DOEN: Hou het persbericht kort en krachtig.
    Verkort je bericht tot de belangrijkste, nieuwswaardige, kijk-want-dus punten. Verleid de journalist daarmee om verder te lezen en contact op te nemen. Echter, bij lokale pers gaat een goed persbericht vaak integraal mee in de h.a.h. krant of lokale nieuws website. Schrijf een kort en bondig artikel(tje) in de stijl van het medium, met een pakkende foto – en link naar de hi-res foto(s) onderin.
  2. DOEN: Hou Google in gedachten.
    Steeds meer mensen gebruiken internet als hun primaire nieuwsbron… inclusief journalisten. Het opnemen van een paar trefwoorden maakt het bericht sneller zichtbaar in zoekmachines.
  3. DOEN: Gebruik hyperlinks.
    Het doel is om het zo gemakkelijk mogelijk te maken voor iedereen die het bericht ziet om meer informatie te krijgen.
  4. DOEN: Proeflezen
    Als het om persberichten gaat, kunnen fouten duur (en gênant) zijn. Laat het bericht vooraf controleren op spelling en zorg ervoor dat alle feiten correct zijn.
  5. DOEN: Stuur het persbericht altijd via een e-mail.
    Waarin de tekst van het persbericht is ‘geplakt’ met de foto(s) als bijlage.
  1. NIET DOEN: Persbericht als bijlage.
    Een e-mail sturen met de tekst: “Bijgaand treft u ons persbericht.”. Zie tip 5 in het groene vak.
  2. NIET DOEN: Geen rekening houden met dag en tijd.
    Een persbericht sturen op vrijdag of vlak voor een feestdag. Dit betekent waarschijnlijk dat de media er op zijn best een vluchtige blik op werpen. Maar, je kunt het ook omdraaien: sommige organisaties gebruiken deze tijdsperiode ook om mogelijk negatieve informatie te verspreiden in de hoop dat dit zodoende makkelijker overwaait.
  3. NIET DOEN: Iedereen tegelijkertijd informeren.
    Journalisten willen toegang tot informatie die niet voor iedereen publiekelijk beschikbaar is. Informeer vertrouwde mediacontacten eerst voordat jouw nieuws via een persbureau, of erger: een concurrerend medium, wordt verspreid.
  4. NIET DOEN: Het verkeerde medium lastig vallen.
    Het heeft weinig zin om een blad, site of omroep voor jongeren te pitchen als jij groot nieuws hebt over bejaardenreizen. Zelfs binnen één publicatie heeft elke redacteur specifieke interesses en expertisegebieden. Stuur het bericht gericht. En bel het na!

Een top persbericht maken

Opzet en indeling: het verschil tussen gezien worden en gebruikt worden

Een persbericht heeft altijd de volgende opmaak:


Logo en naam bedrijf/instelling


——- P E R S B E R I C H T ——-
(zodat je niet per ongeluk op de advertentie-afdeling terecht komt).

a. Kop of titel: het nieuws in het kort.

De titel moet de journalist verleiden om je persbericht te lezen.

b. Kernboodschap (vet gedrukt): de onderbouwing van de verleidelijke titel.

Met de eerste van de vijf W’s (wie, wat, waar)

c. Onderbouwing van de kernboodschap.

De overige van de vijf W’s. Waarom en wanneer, plus vaak ook: hoe, hoeveel. Het liefst met namen en citaten van betrokkenen.

Maak het de journalist zo makkelijk mogelijk om snel meer informatie te vergaren met hyperlinks naar illustraties, sociale media, artikelen, e.d. over het onderwerp. Voeg ook enkele foto’s of andere illustraties bij, onder verwijzing naar downloadlinks voor de beschikbare hi-res kwaliteit bestanden.

——- EINDE PERSBERICHT ——-


Noot voor de redactie, niet voor publicatie:

Maak duidelijk waar het persbericht stopt door een stippellijn met ‘Einde Persbericht’. Vermeld onder de stippellijn ALTIJD de contactpersoon en diens telefoonnummer, voor het geval een verslaggever nog meer wil weten. Zet daarbij voor de zekerheid: ‘Noot voor de redactie, niet voor publicatie’. Een (ook in de avond en het weekend bereikbaar!) 06-nummer is noodzakelijk. Journalisten werken niet alleen tijdens kantoortijden.

Je kunt eventueel nog een ‘kijk-want-dus’ alinea met wat extra informatie over jouw bedrijf of jouw initiatief toevoegen.

Hoe ga je om met camera- of podiumangst?

Camera angst?

Camera-angst. Een vervelende spelbreker.

Je geeft een presentatie, je leidt het gesprek tijdens een symposium, of neemt deel aan een paneldiscussie. Je staat een krantenjournalist te woord, of de radio. Grote kans dat je terug bent te zien en te horen via de website van de organiserende club, de radiozender, of de krant. We zijn nu allemaal meer dan ooit op video te zien, of we het nu leuk vinden of niet.

Ook vergaderapplicaties als Teams, Zoom en Skype kunnen ervoor zorgen dat je met bibbers achter je laptop zit, misschien ben jij wel iemand die je eigen webcam het liefst op ‘uit’ zet. En merk je hierover ergernis of onbegrip bij je mededeelnemers aan de online sessie.

Camera-angst is misschien voor jou te sterk uitgedrukt. Maar, ook als je camera-verlegen, introvert of gewoon ongemakkelijk bent op video, kan dit een echte spelbreker zijn. In onze presentatietraining ‘Online Presenteren’ leer je hiermee omgaan. En er met enkele praktische oefeningen in meer of mindere mate mee af te rekenen.

Maar, er zijn nu al een paar simpele dingen die je kunt doen om je op je gemak – en zelfs zelfverzekerd – te voelen voor de camera en voor publiek.

TOP 10 cameratips

Geen camera angst meer!
  1. Krijg inzicht in waar je camera-angst vandaan komt *
  2. Weet hoe je de (web) camera in de ideale positie zet
  3. Zorg dat je goed te zien bent: licht(val) is bij video leidend
  4. Ga contrastrijk gekleed. Beter nog: ‘Dress For Success’
  5. Weet wat wél en wat níet overkomt in beeld en in audio
  6. Zorg goed voor jezelf: altijd een glas water bij de hand
  7. Praat iets langzamer dan normaal; oefen dit vooraf
  8. Durf expressief te zijn: oefen met (kleine) handgebaren
  9. Geen zorgen over kleine foutjes; die versterken je authenticiteit
  10. Oefen je bijdrage niet kapot; improvisatie geeft je senioriteit

*) Begrijp waar je camera-angst vandaan komt

Wees gerust: je bent niet de enige die zich ongemakkelijk voelt voor de camera, zeker als daar een journalist naast staat. Maar dat is goed nieuws. Het betekent dat duizenden andere mensen met succes hun angsten hebben overwonnen. En dat jij dat dus óók kunt. Zonder hier de psycholoog uit willen hangen, de eerste stap om over een ongemakkelijk gevoel voor de camera heen te komen, is te begrijpen waarom je er huiverig van wordt.

Je ongemakkelijk voelen bij een video opname, of zelfs camera-angst, is de natuurlijke kruising van een paar andere veel voorkomende angsten: onzekerheid, angst voor spreken in het openbaar en plankenkoorts.

Onzekerheid gaat vaak over de inhoud; je weet niet wat je precies kunt verwachten en hoe je jouw boodschap kort en bondig formuleert. Dit is met een goede presentatietraining redelijk eenvoudig te tackelen. Angst bij spreken in het openbaar gaat vaak over stemgebruik. Ook dit kun je testen en optimaliseren tijdens onze presentatietraining. Podiumangst is een lastige. Die gaat over actie en interactie. En is voor een groot deel afhankelijk van setting, publieksgrootte en je eigen gevoelens. Onze ervaring is dat met het terugdringen van onzekerheid en angst-voor-spreken je een goede basis legt voor het afrekenen met podiumangst.

Kies een goede verlichting

Verlichting is een andere gemakkelijke manier om het gevoel te krijgen dat je er op je best uitziet op video. De meest flatterende verlichting is gelijkmatig en naar voren gericht. Dat betekent dat je niet wilt dat je primaire lichtbron zich boven je bevindt. Check dit vooraf, vlak voor de vergadering of presentatie is te laat.

Videomeetings

Zorg dat je in de richting van een raam kijkt. Als een raam niet beschikbaar is, plaats dan een lamp of soortgelijke lichtbron iets boven of naast je scherm. Stel je webcam of videocamera in een flatterende hoek op. De meeste mensen zien er op de camera het beste uit als de camera zich op of iets boven hun ooglijn bevindt. Dus, als je een webcam gebruikt, plaats je laptop dan op een doos, stapel boeken of wat dan ook om de juiste hoek te krijgen.

Blijf gewoon video’s maken

Zorg dat de bovengenoemde basis in orde is. Denk er verder niet te veel over na. Gewoon blijven doen totdat het niet meer raar aanvoelt, …of in ieder geval minder raar. Een presentatietraining bij ons helpt om de basis op orde te krijgen en (de eerste?) meters te maken.

Crisiscommunicatie: durf je te laten verrassen!

Crisiscommunicatie of risicocommunicatie?

Crisiscommunicatie. Daar is in het algemeen gesproken veel voor en óver te zeggen. Maar, in de praktijk is er een groot verschil in de manier waarop communicatierisico’s ontstaan. Soms gaat er in de organisatie of bij de afnemer van je product of dienst iets mis: crisiscommunicatie. Of, kan worden ingeschat dat er iets mis zou kúnnen gaan: risicocommunicatie. Andere crises hebben niets met een specifieke organisatie te maken, zoals de Coronacrisis.

De kwestie is niet om het onvoorziene te voorzien, maar om voorbereid te zijn op het onbekende. Want er bestaan geen plannen en hulpmiddelen om alle mogelijke verrassingen te voorkomen. De uitdaging is om klaar te zijn om verrast te worden. En dus getraind te zijn om op elke (in dit geval onaangename) verrassing adequaat te reageren.

Crisis? What crisis?

Grofweg doorloopt elke crisis vanuit communicatieperspectief vier fases:

1. startfase
2. nieuwsfase
3. achtergrondfase
4. evaluatiefase

Meer over crisiscommunicatie in management perspectief: Patrick Lagadec – Risks, Crises, Ruptures: A Whole New Ball Game. http://www.patricklagadec.net/uk/

Aan de hand van deze vier fases leer je in onze mediatraining transparant en eenduidig het woord te voeren. Tijdens een crisis, of in geval van risico rond een project, product of dienst. Te beginnen met het centraal stellen van je doelgroep. Bijvoorbeeld: klanten, stakeholders, omwonenden – en niet te vergeten je eigen personeel en hun achterban.

ALLES OP Z’N TIJD

In de startfase (1) van de crisis kun je natuurlijk nog geen specifieke informatie geven. Maar, een kort statement over wat de pers in de komende periode (minuten? uren? dagen? weken?) mag verwachten kan altijd. Begin daar dus mee, zodat van meet af aan duidelijk is dat jij en je organisatie zijn voorbereid op calamiteiten.

Mediatrainer Johan Sponselee met camera

GEBRUIK DE MEDIA

Beschouw de media vooral als bondgenoot. Immers, de media zijn de informatiebron voor iedereen die op zoek is naar informatie over het risico of de crisis. Hoe lastig het ook is om de media zo te zien. Als jij niet bang bent om verrast te worden en weet in welke fase jij met welke boodschap naar buiten wilt komen, vervullen de media zelfs een belangrijke, zo niet cruciale rol in jouw communicatie.

CRISIS? WHAT CRISIS?

Laten we eerlijk zijn. In dit land gaan de meeste dingen goed. Dat maakt het nadenken over ‘wat er realistisch gesproken zou kunnen gebeuren’ dan ook zo lastig. Deelnemers aan trainingen crisiscommunicatie denken vaak meteen aan grote branden, enorme lekkages van giftige stoffen, ongevallen met doden en gewonden, et cetera, bij het indienen van crisiscasussen. Deelnemers die vervolgens wat nerveus van huis gaan, “want bij binnenkomst in de trainingsruimte staat er vast meteen een camera op me gericht”. Dat kan – en dit is in sommige gevallen ook nodig, maar eerlijk gezegd: echt realistisch?

Wat vaker voorkomt zijn van die kleine rotfoutjes met daarover veel verbaal geweld op social media. Grote fouten met grote persoonlijke gevolgen – denk aan de toeslagenaffaire, komt al veel minder voor. Maar denk eens aan een recall? Of een radicale koerswijziging in placing en pricing van je assortiment? Imagoschade omdat een personeelslid een foute schaats rijdt? Dat komt veel vaker voor, met grote risico’s voor imago en omzet. Daarover vervolgens gespannen als een veer het woord voeren zou dan wel eens tegen je kunnen werken. Als je er niet op had gerekend dat je altijd wordt verrast blijkt één uit het hoofd geleerde kernboodschap zomaar géén overtuigend antwoord. Griezel met me mee met dit voorbeeld uit de ruwe opnamen van een NOS journaal verslaggever…

Met een goed voorbereide communicatielijn voorkom je niet de verrassing. Niet bij jezelf en niet bij je omgeving. Die verrassing is er bij elke crisis – en elke keer weer anders. Maar je voorkomt wel misinterpretaties in de media, journalistieke overvallen aan de poort of aan de telefoon en niet in het minst: de regie.

Tot slot, weliswaar uit de oude doos, een advies van een burgemeester die in het jaar 2000 te maken had met ‘een echte ramp’. De toenmalige burgemeester Mans van Enschede blikt terug en geeft het belangrijkste advies bij woordvoering tijdens een crisis.

Wat heeft een journalist nodig?

Een journalist bedrijft geen ‘rocket science’. Sterker nog: de meeste journalisten doen maar wat, is mijn ervaring. Maar, zij doen wel hun uiterste best om met een uniek onderwerp te komen en dat verhaal zo aansprekend mogelijk te vertellen of het event zo goed mogelijk te verslaan. Opdat jij de radio of tv aanzet; op zoek gaat naar de betreffende podcast, website, of blog; de krant, het week- of maandblad, of ander periodiek koopt. De meeste journalisten hebben net als ieder ander immers huur of hypotheek die elke maand moet worden betaald.

Altijd nieuws nodig

Er moeten dus stukkies of items komen. En wel bij voortduring. Met mooie verhalen en interessante opinies. Daarvoor hebben journalisten duidelijke en betrouwbare informatie nodig; het liefst zo kort en bondig mogelijk.

Als jij hen kunt helpen deze doelen te bereiken, dan bouw je al snel een wederzijds voordelige relatie met de media op. Hier zijn enkele tips die helpen:

Nieuws moet aan drie criteria voldoen:

  1. De informatie of gebeurtenis moet (tot dusver) onbekend zijn.
  2. Er moet een mate van verrassing zijn, of emotie.
  3. Verder is de grootte van de maatschappelijke- of sociale impact van invloed op de vraag of ‘een onderwerp meegaat’ of niet.
  4. Anno vandaag is er nog een vierde criterium waar steeds meer media op selecteren: herkenbaarheid. Als iets om de hoek gebeurt haalt dit sneller de Nederlandse krant dan wanneer de hele wijk Ipanema in Rio de Janiero door iets vergelijkbaars werd opgeschrikt.
Volle e-mail inbox

Geef je nieuws zo snel mogelijk weg.

Redacties worden geconfronteerd met een inbox die uitpuilt van e-mails met tips en persberichten. Ze moeten door deze elektronische informatiestroom bladeren om nieuwsgoud te vinden, dus elke correspondentie moet sprankelen om opgemerkt te worden. Te beginnen met de onderwerpregel (!).

Formuleer je punt duidelijk, beknopt en in toegankelijke taal. Begraaf het meest interessante punt niet onder vier alinea’s inleiding en onderbouwing, een drukbezette journalist leest nooit zo ver door.

Kies je doel en je wapen
Denk na over voor wie je een pitch uitbrengt en waarom. Schiet niet met hagel: stuur geen persbericht naar alle media die je kunt vinden in je adresboek. Voorkom dat je als spammer wordt gezien. Het moment dat je dan echt iets specifieks voor dat betreffende medium te melden hebt, ben je met je berichten al lang in het spamfilter beland. Begrijp de professionele interesses van een journalist, diens output en lezerspubliek. Zonder deze kennis riskeer je ieders tijd te verspillen.

Journalist scanner

Timing is alles
Als je het redactionele proces begrijpt, weet je wanneer journalisten op zoek zijn naar materiaal. Voor gespecialiseerde journalisten die schrijven voor tijdschriften, weekendbijlagen of vaste rubrieken in kranten, kan dit relatief voorspelbaar zijn. Dit geldt ook voor vergelijkbare radio- en televisieprogramma’s.

Ken de deadlines van de media die interessant voor jou zijn. Bladen en rtv media hebben voor verschillende programma’s en rubrieken verschillende deadlines. Weet dat bijvoorbeeld veel ‘human interest’ onderwerpen dagen (soms weken) van tevoren worden besproken op de redactie. En dat veel krantenpagina’s en actualiteitenrubrieken minimaal een dag eerder al ‘volgeboekt’ zijn…


Natuurlijk zal een goede journalist op elk moment en in elke situatie een echt ‘breaking’ verhaal van harte verwelkomen, maar voor de meesten van ons zullen deze verhalen zeldzaam zijn…


Maatwerk per persoon

Bij Mediatraining Pro oefen je als deelnemer aan een mediatraining of presentatietraining intensief. Ook met nieuwscriteria. En leer je waar een journalist ‘op aanslaat’ en waarop niet.