Het radiointerview

Radio interview radiostudio Hilversum.

Tegenwoordig is radio allang niet meer alleen audio. Veel studio’s filmen mee voor social media, websites of zelfs livestreams.

Hier is waar je op moet letten:

Waar moet je op letten bij een radio-interview (versus tv)?

1. Je stem is koning

  • Spreek duidelijk, niet te snel, en articuleer goed.
  • Gebruik intonatie en ritme om boeiend te blijven (monotoon is slaapverwekkend).
  • Lach hoorbaar als dat past – een glimlach hoor je wél degelijk.

2. Zeg wat je bedoelt, want je kunt niets laten zien

  • Beschrijf zaken duidelijk; je kunt geen grafiek of afbeelding “laten zien”.
  • Vermijd zinnen als “zoals je hier ziet” of “op deze slide”.

3. Stilte is je vriend, ruis je vijand

  • Geen gerommel met papieren, tikkende pennen of blaffende honden op de achtergrond.
  • Zet je telefoon op stil of vliegtuigmodus. Trilstand = alsnog hoorbaar.

4. Kort, krachtig, klaar

  • Ook (nieuws)radio werkt met strakke formats. Geef heldere antwoorden van max 20-30 seconden.
  • Denk in soundbites: quotes die ze makkelijk kunnen gebruiken (ook online).

5. Vertel visueel – zonder beeld

  • Gebruik beeldende taal: “het voelde alsof ik in een storm stond”, of “we vlogen er figuurlijk doorheen”.
  • Kleine anekdotes of beschrijvingen maken je verhaal menselijker.

Maar let op: radio = steeds vaker óók tv

Veel studio’s hebben camera’s aanstaan

  • Denk aan livestreams, korte clips voor Instagram/TikTok/YouTube, of video’s op websites.
  • Draag dus representatieve kleding, net als bij een tv-optreden.
    (Lees: geen rommelige hoodie met koffievlekken of dat shirt van die ene band die je liever niet uitlegt.)

Ook journalisten op locatie zijn steeds vaker ‘mo-jo’

  • Mo-Jo: journalisten met een smartphone als opname apparaat.
  • Houd er rekening mee dat je foto, of een snapshot genomen tijdens het interview, zomaar boven het interview staat.

Conclusie:

Praat alsof je op de radio bent. Kleed je alsof je op tv bent.

Waar kijk ik naar?

Waar kijk ik naar voor de camera?

Als jij wordt geïnterviewd voor de camera en de journalist staat naast de camera, dan kijk je idealiter naar de journalist, niet in de lens van de camera.

Hier zijn een paar tips:

Waar moet je precies naar kijken?

  • Kijk naar de ogen van de journalist, alsof je een normaal gesprek voert.
  • Kijk net boven de wenkbrauwen van de vragensteller als je het lastig vindt om oogcontact te houden.
    De camera moet voor de kijker “onzichtbaar” worden. Door niet in de lens te kijken, maar naar de journalist, voelt het voor de kijker als een natuurlijk gesprek.

Waarom niet in de lens kijken?

  • In een interviewsetting waarbij de interviewer niet in beeld is, is het gebruikelijk dat jij vanuit een hoek wordt gefilmd.
  • Kijk je in de lens, dan lijkt het alsof je tegen de kijker praat, en dat is verwarrend als de journalist de vragen stelt.

Tenzij…

Er zijn uitzonderingen:

  • Als het een directe boodschap aan het publiek is (zoals een oproep of statement), dan kijk je recht in de camera.
  • Als er géén journalist bij de camera staat, maar de vragen op afstand worden gesteld.
  • Soms vraagt de regisseur specifiek om in de lens te kijken, bijvoorbeeld bij bepaalde documentaires of vlogs.

Praktische tip:

Stel jezelf voor dat de camera er niet is. Richt je volledig op het gesprek, en blijf in de bubbel met de journalist. Dan komt jouw verhaal het meest natuurlijk over.

Wat is je punt?

“Als je achter het punt dat je zojuist maakte geen punt zet, maakte je zojuist geen punt.”

Een goed geplaatste punt – in woorden én in (een halve seconde) stilte – geeft jouw boodschap kracht en richting. Het zegt: “Dit is wat ik bedoel”. Niet meer, niet minder. Het effect is dat de toehoorder hoort wanneer iets wat je zegt belangrijk is. Maar ook ruimte krijgt om wat je zojuist vertelde even te verwerken. Het helpt hen je verhaal beter te volgen. Een afgerond punt geeft hen de ruimte om je woorden te verwerken, erover na te denken, en eventueel te reageren. Zonder pauze of afronding raakt de luisteraar achterop; ze moeten dan luisteren én raden tegelijk – naar waar je heen wilt.

Vooral als je veel te vertellen hebt is het bewust zetten van punten een goed middel om kort en bondig je punt(en) te maken.

Hou je mond (één seconde)

Sluit bewust je mond een seconde bij het begin van ieder nieuw aspect van je presentatie, of ieder begin van je antwoord op een vraag. Daarmee programmeer je jezelf ‘in de puntenstand’. Neem jezelf vervolgens voor om telkens bij een kernzin of belangrijke alinea naar het einde toe te praten en het nemen van een (halve) seconde pauze met je mond gesloten. Je publiek, of de vragensteller, zal je er dankbaar voor zijn.

Presentatietraining kort en bondig spreken.

Waarom een punt zetten werkt:

🔹 Voor jezelf:
– Je klinkt krachtig en zeker
– Je boodschap blijft helder
– Je voorkomt dat je afdwaalt

🔹 Voor de toehoorder:
– Je bent beter te volgen
– Er is ruimte om te verwerken
– De kern komt beter binnen

Voorbeeld:

❌ Zonder punt:

“We moeten de klant sneller terugbellen… en het CRM… en de nieuwsbrief…”
– Vaag, te veel tegelijk, geen actie.

✅ Met punt:

“We moeten de klant sneller terugbellen. Punt.”
– Duidelijk. Focus. Actie.

💡 Tip:

Sta af en toe even stil.
– Een korte pauze is ook een punt.

Een punt is dus geen einde, maar een houvast.

Voor jou om krachtig te spreken, voor je toehoorder om jou echt te kunnen volgen.

Mediacoaching

Bereid de geïnterviewde voor. Welke stappen zet je?

Als communicatieadviseur heb je een cruciale rol in het voorbereiden van een woordvoerder op een persinterview. Hier zijn de belangrijkste stappen die je kunt nemen:

1. Voorbereiding op de inhoud

  • Doelstelling bepalen: Wat wil de organisatie overbrengen? Wat zijn de kernboodschappen?
  • Doelgroep analyseren: Wie leest, kijkt of luistert naar dit medium? Wat vinden zij belangrijk?
  • Achtergrondinformatie verzamelen: Zorg ervoor dat de woordvoerder goed op de hoogte is van actuele ontwikkelingen en mogelijke kritische vragen.
  • Q&A-document opstellen: Maak een lijst met mogelijke vragen en passende antwoorden, inclusief lastige of gevoelige onderwerpen.

2. Boodschapvorming

  • Kernboodschappen formuleren: Zorg ervoor dat de woordvoerder weet welke 2-3 kernboodschappen hij of zij altijd wil overbrengen. Zie: Mediatraining Pro | Waarom is een kernboodschap belangrijk?
  • Bruggen bouwen: Leer de woordvoerder hoe hij/zij van een lastige vraag terug kan komen naar de kernboodschap. Zie: Mediatraining Pro | Bruggetjes
  • Heldere taal gebruiken: Complexe onderwerpen moeten eenvoudig en begrijpelijk worden uitgelegd.
  • Soundbites ontwikkelen: Korte, krachtige uitspraken die goed blijven hangen bij het publiek.

3. Oefenen en simuleren

  • Rollenspellen: Houd een proefinterview met realistische vragen.
  • Feedback geven: Bespreek wat goed ging en wat verbeterd kan worden.

4. Praktische voorbereiding

  • Duur en format bespreken: Is het een live-interview of vooraf opgenomen? Hoeveel tijd is er?
  • Locatie en setting: Weet waar en hoe het interview plaatsvindt.
  • Dresscode en uitstraling: Adviseer over passende kleding en houding.

5. Ondersteuning tijdens het interview

  • Achtergrondbriefing geven: Zorg dat de woordvoerder zo nodig een laatste update krijgt.
  • Live monitoring: Als mogelijk, volg het interview en noteer verbeterpunten voor de toekomst.

6. Evaluatie en opvolging

  • Analyseer de media-uiting: Hoe is de boodschap overgekomen? Waren er onverwachte vragen?
  • Lessons learned: Bespreek verbeterpunten voor een volgend interview.
  • Eventuele vervolgstappen: Moet er een verduidelijking of follow-up communicatie plaatsvinden?

Oefenen met het voeren van adviesgesprekken in combinatie met maatwerkadviezen?

Volg dan snel een Mediatraining Pro mediatraining voor professionals.


Een effectief adviesgesprek voorafgaand aan interviews en presentaties geeft de spreker vertrouwen en een helder plan van aanpak. Met als resultaat een overtuigend en doelgericht optreden, ongeacht de setting.

Johan Sponselee interview radio en tv studio
© Johan Sponselee