Social Media: tips voor zakelijk gebruik

Een social media ​​account registreren en een LinkedIn, Facebook- of Instagrampagina maken is gemakkelijk. Ook is het simpel om te beginnen met posten. Maar dat betekent niet dat het gemakkelijk is om sociale media ook effectief te gebruiken. Om te profiteren van de kracht van sociale media en je bezoekers te bereiken en te motiveren, moet je strategisch denken en doen. Hier zijn enkele belangrijke tips:

<h1>Social Media: tips voor zakelijk gebruik</h1>

Plan en verbind

Maak duidelijke doelen en doelstellingen en neem direct maatregelen om de effectiviteit van je communicatie te checken en de voortgang bij te houden. Verbind je social media doelen met je organisatiedoelen. Bijvoorbeeld: hoop je de opkomst bij evenementen te vergroten? Gebruik Facebook en Twitter om spanning op te bouwen voor je evenement en de betrokkenheid van je doelgroep tussen evenementen te behouden. Wil je de fondsenwerving vergroten? Deel echte verhalen via video’s op YouTube of Vimeo om potentiële donateurs te boeien en te laten zien wat er met het gedoneerde geld gebeurt.

Praat met 1 bezoeker (tegelijk)

Wil je effect? Hou het dan klein: de menselijke maat is 1-op-1. Het is hard, maar een plaatje van één zielige kleuter met een concrete vraag aan de kijker heeft 100% meer impact dan een dijk van een verhaal over een hele groep zielige kinderen. Zet niet je eigen drijfveren centraal, maar je publiek en je onderwerp.

Weet waar je publiek is op social media

Platformvoorkeuren zijn relatief consistent tussen generaties. Facebook is het populairste platform voor het delen van inhoud tussen 40+’ers, Instagram voor 20-40, TikTok voor de leeftijd daaronder en YouTube is voor alle leeftijdsgroepen het op één na populairste sociale medium. Hoe laat post je? De meeste mensen consumeren inhoud tussen 12.30 en 13.30 uur, plus 20.00 en 0.00 uur. Babyboomers zijn echter vaker ’s ochtends online en millennials blijven laat op. Zoek informatie op over hoe je de gewenste doelgroep kunt bereiken voordat je iets plaatst.

Social Media training Instagram

Wees zelf ook ‘social’

Onthoud dat sociale media sociaal zijn. Creëer een interactieve online aanwezigheid. Betrek je collega’s, andere medewerkers en raad van bestuur. Waarschijnlijk willen ze graag foto’s en video’s over de organisatie delen met vrienden, collega’s en familie. Daarna zal je netwerk groeien als je actief en betrokken blijft. Stel vragen, doe wat met de antwoorden. Deel nieuwsverhalen en draag zelf ook regelmatig wat bij met een leuk feit of goede tip.

Besteed tijd aan je sociale media

Personeelstijd is de grootste kostenpost van sociale media, maar het is cruciaal voor succes. Houd er rekening mee dat sociale media voor veel mensen in je organisatie iets heel gewoons is. Maak gebruik van jonge collega’s en bijvoorbeeld stagiaires die online vaardig zijn. Koppel ze aan senior medewerkers die niet zitten te springen om actief te zijn op social media, maar als deskundige of verantwoordelijke wel de stem van je organisatie zijn. Als meer dan één persoon blogt of tweet, wordt je organisatie naar buiten toe dynamischer en transparanter.

Experimenteer

Evalueer en pas je social media strategie voortdurend aan totdat je hebt gezien wat werkt. Er zijn applicaties waarmee je clicks, shares en likes kunt volgen, bijvoorbeeld voor Instagram. Daarmee je kunt zien hoe mensen online met je berichten omgaan. Gebruik tools zoals Facebook Insights om je te helpen met deze statistieken. Raak niet ontmoedigd als je niet meteen duizenden volgers hebt – het creëren van een sterke positie op sociale media kost tijd.

Hou je sociale media actueel.

Wanneer was je laatste post op X? Ergens in maart 2020..? Toen het nog een tweet op Twitter heette? Weg met dat account! Delete het, pauzeer het, of zet de instellingen op ‘private’. Een openbaar Twitter account zonder recente tweets of shares is killing voor je imago. Blijf dus relevant, hou je info actueel en verras je bezoekers. Dan zal je uiteindelijk gegarandeerd resultaten zien.

Dit zijn wat mij betreft de belangrijkste basistips als je met social media aan de slag wilt in een zakelijke context. Heb jij nog andere handige social media tips? Vragen over de plek van social media in onze mediatraining en presentatietraining? Wil je suggesties geven voor toekomstige blogonderwerpen? Laat het me weten via een LinkedIn bericht, of een contactbericht op deze site!
Johan Sponselee interview radio en tv studio
© Johan Sponselee

Het persbericht: informeren, positioneren en verleiden

Do’s en Dont’s

  1. DOEN: Hou het persbericht kort en krachtig.
    Verkort je bericht tot de belangrijkste, nieuwswaardige, kijk-want-dus punten. Verleid de journalist daarmee om verder te lezen en contact op te nemen. Echter, bij lokale pers gaat een goed persbericht vaak integraal mee in de h.a.h. krant of lokale nieuws website. Schrijf een kort en bondig artikel(tje) in de stijl van het medium, met een pakkende foto – en link naar de hi-res foto(s) onderin.
  2. DOEN: Hou Google in gedachten.
    Steeds meer mensen gebruiken internet als hun primaire nieuwsbron… inclusief journalisten. Het opnemen van een paar trefwoorden maakt het bericht sneller zichtbaar in zoekmachines.
  3. DOEN: Gebruik hyperlinks.
    Het doel is om het zo gemakkelijk mogelijk te maken voor iedereen die het bericht ziet om meer informatie te krijgen.
  4. DOEN: Proeflezen
    Als het om persberichten gaat, kunnen fouten duur (en gênant) zijn. Laat het bericht vooraf controleren op spelling en zorg ervoor dat alle feiten correct zijn.
  5. DOEN: Stuur het persbericht altijd via een e-mail.
    Waarin de tekst van het persbericht is ‘geplakt’ met de foto(s) als bijlage.
  1. NIET DOEN: Persbericht als bijlage.
    Een e-mail sturen met de tekst: “Bijgaand treft u ons persbericht.”. Zie tip 5 in het groene vak.
  2. NIET DOEN: Geen rekening houden met dag en tijd.
    Een persbericht sturen op vrijdag of vlak voor een feestdag. Dit betekent waarschijnlijk dat de media er op zijn best een vluchtige blik op werpen. Maar, je kunt het ook omdraaien: sommige organisaties gebruiken deze tijdsperiode ook om mogelijk negatieve informatie te verspreiden in de hoop dat dit zodoende makkelijker overwaait.
  3. NIET DOEN: Iedereen tegelijkertijd informeren.
    Journalisten willen toegang tot informatie die niet voor iedereen publiekelijk beschikbaar is. Informeer vertrouwde mediacontacten eerst voordat jouw nieuws via een persbureau, of erger: een concurrerend medium, wordt verspreid.
  4. NIET DOEN: Het verkeerde medium lastig vallen.
    Het heeft weinig zin om een blad, site of omroep voor jongeren te pitchen als jij groot nieuws hebt over bejaardenreizen. Zelfs binnen één publicatie heeft elke redacteur specifieke interesses en expertisegebieden. Stuur het bericht gericht. En bel het na!

Een top persbericht maken

Een persbericht heeft altijd de volgende opmaak:


Logo en naam bedrijf/instelling


——- P E R S B E R I C H T ——-
(zodat je niet per ongeluk op de advertentie-afdeling terecht komt).

a. Kop of titel: het nieuws in het kort.

De titel moet de journalist verleiden om je persbericht te lezen.

b. Kernboodschap (vet gedrukt): de onderbouwing van de verleidelijke titel.

Met de eerste van de vijf W’s (wie, wat, waar)

c. Onderbouwing van de kernboodschap.

De overige van de vijf W’s. Waarom en wanneer, plus vaak ook: hoe, hoeveel. Het liefst met namen en citaten van betrokkenen.

Maak het de journalist zo makkelijk mogelijk om snel meer informatie te vergaren met hyperlinks naar illustraties, sociale media, artikelen, e.d. over het onderwerp. Voeg ook enkele foto’s of andere illustraties bij, onder verwijzing naar downloadlinks voor de beschikbare hi-res kwaliteit bestanden.

——- EINDE PERSBERICHT ——-


Noot voor de redactie, niet voor publicatie:

Maak duidelijk waar het persbericht stopt door een stippellijn met ‘Einde Persbericht’. Vermeld onder de stippellijn ALTIJD de contactpersoon en diens telefoonnummer, voor het geval een verslaggever nog meer wil weten. Zet daarbij voor de zekerheid: ‘Noot voor de redactie, niet voor publicatie’. Een (ook in de avond en het weekend bereikbaar!) 06-nummer is noodzakelijk. Journalisten werken niet alleen tijdens kantoortijden.

Je kunt eventueel nog een ‘kijk-want-dus’ alinea met wat extra informatie over jouw bedrijf of jouw initiatief toevoegen.


Maatwerk per persoon

Bij Mediatraining Pro oefen je als deelnemer aan een mediatraining of presentatietraining intensief. Ook met nieuwscriteria. En leer je waar een journalist ‘op aanslaat’ en waarop niet.

Veel succes met je volgende media-optreden!

Johan Sponselee interview radio en tv studio
© Johan Sponselee

Hoe ga je om met camera- of podiumangst?

Camera angst?

Camera-angst. Een vervelende spelbreker.

Je geeft een presentatie, je leidt het gesprek tijdens een symposium, of neemt deel aan een paneldiscussie. Je staat een krantenjournalist te woord, of de radio. Grote kans dat je terug bent te zien en te horen via de website van de organiserende club, de radiozender, of de krant. We zijn nu allemaal meer dan ooit op video te zien, of we het nu leuk vinden of niet.

Ook vergaderapplicaties als Teams, Zoom en Skype kunnen ervoor zorgen dat je met bibbers achter je laptop zit, misschien ben jij wel iemand die je eigen webcam het liefst op ‘uit’ zet. En merk je hierover ergernis of onbegrip bij je mededeelnemers aan de online sessie.

Camera-angst is misschien voor jou te sterk uitgedrukt. Maar, ook als je camera-verlegen, introvert of gewoon ongemakkelijk bent op video, kan dit een echte spelbreker zijn. In onze presentatietraining ‘Online Presenteren’ leer je hiermee omgaan. En er met enkele praktische oefeningen in meer of mindere mate mee af te rekenen.

Maar, er zijn nu al een paar simpele dingen die je kunt doen om je op je gemak – en zelfs zelfverzekerd – te voelen voor de camera en voor publiek.

TOP 10 cameratips

  1. Krijg inzicht in waar je camera-angst vandaan komt *
  2. Weet hoe je de (web) camera in de ideale positie zet
  3. Zorg dat je goed te zien bent: licht(val) is bij video leidend
  4. Ga contrastrijk gekleed. Beter nog: ‘Dress For Success’
  5. Weet wat wél en wat níet overkomt in beeld en in audio
  6. Zorg goed voor jezelf: altijd een glas water bij de hand
  7. Praat iets langzamer dan normaal; oefen dit vooraf
  8. Durf expressief te zijn: oefen met (kleine) handgebaren
  9. Geen zorgen over kleine foutjes; die versterken je authenticiteit
  10. Oefen je bijdrage niet kapot; improvisatie geeft je senioriteit
Geen camera angst meer!

*) Begrijp waar je camera-angst vandaan komt

Wees gerust: je bent niet de enige die zich ongemakkelijk voelt voor de camera, zeker als daar een journalist naast staat. Maar dat is goed nieuws. Het betekent dat duizenden andere mensen met succes hun angsten hebben overwonnen. En dat jij dat dus óók kunt. Zonder hier de psycholoog uit willen hangen, de eerste stap om over een ongemakkelijk gevoel voor de camera heen te komen, is te begrijpen waarom je er huiverig van wordt.

Je ongemakkelijk voelen bij een video opname, of zelfs camera-angst, is de natuurlijke kruising van een paar andere veel voorkomende angsten: onzekerheid, angst voor spreken in het openbaar en plankenkoorts.

Onzekerheid gaat vaak over de inhoud; je weet niet wat je precies kunt verwachten en hoe je jouw boodschap kort en bondig formuleert. Dit is met een goede presentatietraining redelijk eenvoudig te tackelen. Angst bij spreken in het openbaar gaat vaak over stemgebruik. Ook dit kun je testen en optimaliseren tijdens onze presentatietraining. Podiumangst is een lastige. Die gaat over actie en interactie. En is voor een groot deel afhankelijk van setting, publieksgrootte en je eigen gevoelens. Onze ervaring is dat met het terugdringen van onzekerheid en angst-voor-spreken je een goede basis legt voor het afrekenen met podiumangst.

Kies een goede verlichting

Verlichting is een andere gemakkelijke manier om het gevoel te krijgen dat je er op je best uitziet op video. De meest flatterende verlichting is gelijkmatig en naar voren gericht. Dat betekent dat je niet wilt dat je primaire lichtbron zich boven je bevindt. Check dit vooraf, vlak voor de vergadering of presentatie is te laat.

Videomeetings

Zorg dat je in de richting van een raam kijkt. Als een raam niet beschikbaar is, plaats dan een lamp of soortgelijke lichtbron iets boven of naast je scherm. Stel je webcam of videocamera in een flatterende hoek op. De meeste mensen zien er op de camera het beste uit als de camera zich op of iets boven hun ooglijn bevindt. Dus, als je een webcam gebruikt, plaats je laptop dan op een doos, stapel boeken of wat dan ook om de juiste hoek te krijgen.

Blijf gewoon video’s maken

Zorg dat de bovengenoemde basis in orde is. Denk er verder niet te veel over na. Gewoon blijven doen totdat het niet meer raar aanvoelt, …of in ieder geval minder raar. Een presentatietraining bij ons helpt om de basis op orde te krijgen en (de eerste?) meters te maken.

“De mogelijkheid om te groeien en te leren zit vaak in de onverwachte omstandigheden die we problemen noemen.”

Henk-Jan Room

Maatwerk per persoon

Bij Mediatraining Pro oefen je als deelnemer aan een mediatraining of presentatietraining intensief. Ook met nieuwscriteria. En leer je waar een journalist ‘op aanslaat’ en waarop niet.

Veel succes met je volgende presentatie!

Johan Sponselee interview radio en tv studio
© Johan Sponselee

Crisiscommunicatie: durf je te laten verrassen!

Crisiscommunicatie of risicocommunicatie?

Crisiscommunicatie. Daar is in het algemeen gesproken veel voor en óver te zeggen. Maar, in de praktijk is er een groot verschil in de manier waarop communicatierisico’s ontstaan. Soms gaat er in de organisatie of bij de afnemer van je product of dienst iets mis: crisiscommunicatie. Of, kan worden ingeschat dat er iets mis zou kúnnen gaan: risicocommunicatie. Andere crises hebben niets met een specifieke organisatie te maken, zoals de Coronacrisis.

Er bestaan geen plannen en hulpmiddelen om alle mogelijke verrassingen te voorkomen. De uitdaging is om klaar te zijn om verrast te worden. En dus getraind te zijn om op elke (in dit geval onaangename) verrassing adequaat te reageren.

Crisiscommunicatie

Grofweg doorloopt elke crisis vanuit communicatieperspectief vier fases:

1. startfase
2. nieuwsfase
3. achtergrondfase
4. evaluatiefase

Meer over crisiscommunicatie en management: Patrick Lagadec – Risks, Crises, Ruptures: A Whole New Ball Game.

ALLES OP Z’N TIJD

1. Startfase (Acute fase)

Dit is het moment waarop de crisis zich voordoet of net begint. De focus ligt op het snel verkrijgen van feiten en het organiseren van de eerste communicatie.

Te doen:

  • Verzamelen van de eerste feiten: Wat is er gebeurd? Wie is betrokken?
  • Activeren van het crisisteam en opstellen van een eerste communicatiestrategie.
  • Informeren van interne stakeholders (medewerkers, management, bestuur).
  • Eerste externe communicatie: korte, feitelijke boodschap zonder speculatie.
  • Slachtoffer(s) of anderszins getroffenen: empathie voorop in het statement.
  • Monitoren van media en sociale media op ontwikkelingen.

2. Nieuwsfase (Mediastorm)

De crisis krijgt veel media-aandacht en er is een grote informatiebehoefte vanuit verschillende doelgroepen. Dit is vaak de meest intensieve fase qua communicatie.

Te doen:

  • Empathie tonen en begrip uitspreken richting betrokkenen.
  • Open en transparant communiceren via officiële kanalen.
  • Regelmatige updates geven, vooral als er nieuwe feiten bekend worden.
  • Woordvoering goed afstemmen en geruchten ontkrachten.
  • Actief reageren op vragen van media en stakeholders.
  • Social media monitoren en reageren op desinformatie.

3. Achtergrondfase (Analyse & Verdieping)

De eerste mediahype neemt af, maar er blijft aandacht voor de crisis, vooral in de vorm van achtergrondverhalen en analyses.

Te doen:

  • Bijkomende schade beperken en langetermijncommunicatie uitstippelen.
  • Nadere toelichting geven op oorzaken, gevolgen en oplossingen.
  • Lessen trekken en eventueel interne verbeteringen doorvoeren.
  • Stakeholders informeren over vervolgstappen en herstelacties.
  • Communicatie verleggen van crisismanagement naar toekomstperspectief.

4. Evaluatiefase (Afsluiting & Reflectie)

De crisis is grotendeels voorbij, en de nadruk ligt op het trekken van lessen en reputatieherstel.

Te doen:

  • Interne en externe evaluatie van de communicatieaanpak.
  • Eventuele verbeterpunten in crisishandboek verwerken.
  • Betrokkenen bedanken en eventuele schade beperken.
  • Externe beeldvorming herstellen door positieve initiatieven te communiceren.
  • Leren van de crisis en voorbereidingen treffen voor toekomstige incidenten.

Beschouw de media vooral als bondgenoot. Immers, de media zijn de informatiebron voor iedereen die op zoek is naar informatie over het risico of de crisis. Hoe lastig het ook is om de media zo te zien. Als je voor ogen houdt in welke fase jij met welke boodschap naar buiten wilt komen, vervullen de media zelfs een belangrijke, zo niet cruciale rol in jouw communicatie.

Mediatraining doelgroepfocus

CRISIS? WHAT CRISIS?

Laten we eerlijk zijn. In dit land gaan de meeste dingen goed. Dat maakt het nadenken over ‘wat er realistisch gesproken zou kunnen gebeuren’ dan ook zo lastig. Deelnemers aan trainingen crisiscommunicatie denken vaak meteen aan grote branden, enorme lekkages van giftige stoffen, ongevallen met doden en gewonden, et cetera, bij het indienen van crisiscasussen. Deelnemers die vervolgens wat nerveus van huis gaan, “want bij binnenkomst in de trainingsruimte staat er vast meteen een camera op me gericht”. Dat kan – en dit is in sommige gevallen ook nodig, maar eerlijk gezegd: echt realistisch?

Wat vaker voorkomt zijn van die kleine rotfoutjes met daarover veel verbaal geweld op social media. Grote fouten met grote persoonlijke gevolgen – denk aan de toeslagenaffaire, komt al veel minder voor. Maar denk eens aan een recall? Of een radicale koerswijziging in placing en pricing van je assortiment? Imagoschade omdat een personeelslid een foute schaats rijdt? Dat komt veel vaker voor, met grote risico’s voor imago en omzet. Daarover vervolgens gespannen als een veer het woord voeren zou dan wel eens tegen je kunnen werken. Als je er niet op had gerekend dat je altijd wordt verrast blijkt één uit het hoofd geleerde kernboodschap zomaar géén overtuigend antwoord. Griezel met me mee met dit voorbeeld uit de ruwe opnamen van een NOS journaal verslaggever…

Met een goed voorbereide communicatielijn voorkom je niet de verrassing. Niet bij jezelf en niet bij je omgeving. Die verrassing is er bij elke crisis – en elke keer weer anders. Maar je voorkomt wel misinterpretaties in de media, journalistieke overvallen aan de poort of aan de telefoon en niet in het minst: de regie.

Tot slot, weliswaar uit de oude doos, een advies van een burgemeester die in het jaar 2000 te maken had met ‘een echte ramp’. De toenmalige burgemeester Mans van Enschede blikt terug en geeft het belangrijkste advies bij woordvoering tijdens een crisis.

Mediatraining crisiscommunicatie

Aan de hand van de vier fases in crisiscommunicatie leer je in onze mediatraining crisiscommunicatie transparant en eenduidig het woord te voeren. Tijdens een crisis, of in geval van risico rond een project, product of dienst. Te beginnen met het centraal stellen van je doelgroep. Bijvoorbeeld: klanten, stakeholders, omwonenden – en niet te vergeten je eigen personeel en hun achterban.

Veel succes met je volgende media-optreden!

Johan Sponselee interview radio en tv studio
© Johan Sponselee